23 Juni, Santiago – Negreira 23 km
Vanaf La Campana, het hostal van Doña Josefina, gaat het over de Plaza Misericordia, onder de boog door, naar Plaza de Obradoiro. Voor de Catedral is het op de vroege zaterdagmorgen nog uitgestorven. Langs het luxe hotel van Los Reyes Católicos naar beneden over de Rúa das Hortas, door het meer rustige gedeelte van Santiago, richting Fisterra.
(De volgende dagafstanden en hoogteprofielen zijn “geleend” van de site Gronze.com)
Santiago – Negreira 23 km
Pijlen staan er al meteen zodat het gemakkelijk te vinden is. De lange straat eindigt na een km in een park met prachtige eikenbomen.
Park met eikenbomen
Het is een overblijfsel van een eikenhakbos dat vroeger gebruikt werd door de boeren voor boerengeriefhout, zoals paaltjes en staken. De knotvorm is in de bomen nog terug te vinden en zorgt voor grillige vormen. Ertussen staat een fonteintje met nu nog niet noodzakelijk drinkwater.
Grillige knotvormen
Meteen gaat de route het buitengebied in door beken, dalen en eucalyptusbossen. Gevoelsmatig ben je direct ver buiten de stad.
Meteen het buitengebied in
Het dal uit aan de andere zijde is het klimmen, wat beloond wordt met een prachtig uitzicht op de Catedral die achter je ligt. De felle ochtendzon maakt fotograferen niet gemakkelijk maar het lukt om de torens er op te krijgen. Dit is het zicht dat je zou hopen te zien bij het binnenkomen vanaf de Camino Francès!
De Catedral
Even verderop moet rechts het bos worden ingegaan. Een Duitse loopt rechtdoor zodat ik haar waarschuw. Het is Beate, een struise, uit de buurt van Frankfurt. Ze vindt dat ik haar gered heb van verkeerd lopen, waarna leuke gesprekken ontstaan. Zij komt van de Camino Francès. Zoals bij de meeste Pelgrims is deze route een voortzetting van een eerdere.
Eucalyptusbos in
Het bos is bijna puur Eucalyptus, lekker ruikend met zelfs open plaatsen, waardoor niet alle onderbegroeiing dood is. Het klimt nog behoorlijk ook. Het volgende dorp ligt alweer achter de helling; Carballal.
Carballal
Hoewel Beate leuk gezelschap is, loopt ze wel erg langzaam. Het eigen tempo wordt dan maar weer opgepakt. De volgende helling ligt alweer te wachten.
Volgende helling
De weg loopt afwisselend over bospaden en asfaltweggetjes waarbij dorpjes doorgestoken worden.
Lekker lopen hier
De Bar aan de grote weg is een welkome onderbreking voor Pelgrims uit de gehele wereld. Duits, Engels, Frans en Spaans klinkt er door elkaar. Het is prachtig weer en iedereen zit op het terras.
Dal van Aguapesada
De route is vriendelijk met de mogelijkheid in alle rust te lopen, omdat maar zo nu en dan Pelgrims ontmoet worden. Alleen daarom al is het een mooi stuk om afstand te nemen van de drukke route naar Santiago over de CF. Alle vorige keren was voor mij Santiago het doel en eindpunt. Fisterra en nu weer Muxía zijn pas later toegevoegd aan de Camino om de anticlimax van het aankomen voor de Pelgrims zo lang mogelijk uit te stellen (en commercieel om een beetje mee te profiteren van de Camino!). Waaruit maar weer eens blijkt dat de weg het doel is.
☼ Tolpis barbata of Christusanjelier
Behoort tot de Asteraceae of Compositae van de grote margrietenfamilie. Deze variant groeit veelvuldig in Galicia bij Fisterra, bij voorkeur op droge schrale gronden, in de buurt van de zee. Bloeit rijk van april – september met een donker hart. De bloemblaadjes zijn licht gefranjerd. Heeft als bloem alle eigenschappen van “normale” margrieten en is overal in de velden te zien.
Prachtige wilde combinatie van verschillende Composieten; Gele Ganzenbloem, Witte Margriet en Christusanjelier in een weide bij Lires.
Een lang dal wordt doorgelopen tot Aguapesada waar de volgende helling ligt die genomen moet worden.
Naar de Alto do Mar de Ovellas
De Alto do Mar de Ovellas is 270 m hoog wat 2 km behoorlijk klimmen betekent door een dicht bos. Op de bonkige paden liggen gebroken stenen die zilverkleurig vonken door het hoge ertsgehalte.
Alto do Mar de Ovellas
De temperatuur ligt ver boven de 20 C zodat het nog een beetje afzien is ook. De weg loopt hierna voornamelijk naar beneden recht tegen een prettige Bar aan in Carballo. De Café con Leche met broodje doen het prima bij deze vriendelijke mensen.
Na een uurtje in de zon is het tijd door verschillende dorpen verder te trekken. In de verte is één van de mooiste dorpen op de route te zien; Ponte Maceira.
Ponte Maceira
De Río Tambre wordt hier overgestoken over de Ponte Vella; (oude brug). De brug is gebouwd in de 13e eeuw op oudere Romeinse pijlers. Altijd al was dit de doorgaande weg naar Santiago. Volgens een Saga zijn de discipelen van Santiago over deze brug gekomen om hem te begraven in Compostela. Naderhand werden ze achtervolgd door de Romeinen waarbij, door Goddelijke interventie, de brug achter hen instortte en ze ontkwamen.
(Deze afbeelding is terug te vinden in het stadswapen van Negreira)
A Ponte Vella
De brug heeft 5 grote en 2 kleinere bogen met prachtig uitzicht op het dal van de Tambre. De rivier is afgedamd om zomers voldoende water te houden. In de winter stroomt dezelfde rivier vaak over.
Een duiventil of Palomera
Bij de dammen staan gerestaureerde watermolens, waarvan er vroeger 3 werkten.
Watermolens
De route loopt een gedeelte langs de Río Tambre, die steeds breder wordt omdat het water opgestuwd is.
Río Tambre
Aan de rand van Negreira staat de Albuerge van de Junta die pas laat open gaat. De oplossing is door te lopen naar de privé herberg San José. Deze zit in de onderste verdieping van een groot appartementen gebouw met voor 12 Euro een keurig bed. De verrassing is een grote tuin aan de achterzijde waar lekker gezeten kan worden. De Refugio is lang niet vol terwijl liefhebbers, zoals Beate die later arriveert, een kamer apart kunnen nemen.
Pazo do Cotón, Negreira
Als gebruikelijk zijn veel Fransen in een privé herberg paraat, die vooral met elkaar converseren. Als de was hangt, loopt een ezel van hen bij mijn wasjes. Het lijkt toch beter even te vragen of dit beest niet mijn was opvreet? Als ik de ezel “lapin” (konijn) noem is de Fransman diep beledigd, humor is niet hun sterke kant. Bijna onmogelijk, maar zelfs Duitsers hebben dit duidelijk meer.
Wapen met duiding van de saga in Ponte Maceira
Negreira zelf is niet erg enerverend, lekker eten en voetbal op de tv is er wel. In de herberg wordt naderhand wat doorgepraat. Twee Duitse Pelgrimas uit Bayern lopen naar Fisterra vanaf Santiago. Birgit is tandtechnicus en heeft een klein weekje vanaf een congres in Santiago om dit te combineren. Claudia is bij de Bundeswehr, zelfs officier. Ze zijn zeer gelovig waarbij Lourdeswater volgens Birgit een helende werking heeft en zelfs na jaren nog steriel in de fles zit. Dietmar uit München vertelt een boek geschreven te hebben: “Es ist Zeit für den Jacobsweg”.
Even later wordt het bed opgezocht na 23 km die vandaag heel wat meer leken!
(410 km vanaf Villaviciosa)