25 April, Villanueva de la Conceptión - Cartaojal, 28 km
De
nacht was knap frisjes onder de dunne zomerslaapzak. Er liggen altijd
wel dekens maar hier moet met de nodige argwaan naar gekeken worden.
Deze worden echt niet regelmatig gewassen en met de vlooienplaag
langs de routes is het oppassen! Gelukkig ben ik er weinig gevoelig
voor. Buiten gekomen blaast een ijskoude wind door de straten, is het
bewolkt en hangen mistflarden langs de bergen. In een open drukke Bar
wordt koffie met een broodje genomen. Op de vraag of dit weer normaal
is in dit gedeelte van Spanje blijkt dat een lage druk gebied het
weer bepaalt en dat is te merken. Bovendien zitten we hier hoog.
Het plaatsje uit wordt over de Carril des Ciprés onder langs de hellingen van El Torcal gelopen.
El Torcal in de wolken
Tramo 4
Villanueva de la Conception – Antequera 16,5 km
Hoogteprofiel
Een
prachtige route dwars door het natuurpark van El Torcal. Door de
summiere omschrijving in de route-uitdraai vandaag valt het speciale
pas op tijdens het lopen, werkelijk geweldig! Wel is het gemeen koud
en bijt zelfs door het extra dunne truitje heen. Flink de pas erin is
het beste dat werkt, waarbij wel helpt dat het steeds klimt.
Klimt behoorlijk
Voor mij loopt Miguel waarna we een stukje samen verder gaan. De route loopt eerst door de olijvenvelden.
Olijvenvelden
De boerderij La Alhada is stokoud met ruines en wordt links gepasseerd.
Cortijo La Alhaja
De velden tegen de bergen aan zijn ingezaaid met granen en zien er mooi groen uit. Met een week zal dit verderop drastisch veranderen! De velden worden extra gevoed door het uitsijpelende water met mineralen uit het karstgebergte.
Mooie groene velden
Net voor een asfaltweggetje staat een steen met de symbolen van de Camino en gaat het richting een pas door de bergen.
Richting pas
Steeds hoger komend wordt het ook gevoelig kouder waarna het dikke fleecejack uit de rugzak gewurmd wordt. Zo nu en dan dalen mistbanken naar beneden en maakt het wel speciaal. De vreemde afgesleten grijs/witte rotsen van El Torcal komen steeds dichter bij.
Langs de Arroyo del Espinazo
Het
nogal slecht aangegeven pad loopt een groot gedeelte langs de Arroyo
de Espinazo, die praktisch droog is. Alleen met heftige regenval
voert deze water af. Kalkgebergte is zo poreus als een spons zodat
het water op lager gelegen gedeelten weer tevoorschijn komt.
Puerto de la Escaleruela Camorro Alto 1378 m
☼ el Torcal de Antequera
De Sierra del Tocal behoort tot de meest indrukwekkende landschappen van Spanje en zelfs van Europa. Het is een kalkgebergte met rare en buitengewoon geërodeerde rotsen, waardoor de meest fantastische en bizarre vormen zijn ontstaan. Tussen 250 en 150 miljoen jaar geleden (Juratijd) liep hier een open zeearm van Alicante tot aan de Golf van Cadiz, vanaf de Middellandse zee naar de Oceaan. De afgezette kalkskeletjes van zeedieren werden tijdens de Alpiene periode door tektonische krachten opgedrukt tot een hoogte van 1300 m. Het beschermde natuurpark is 17 km2 groot en vormt een barrière naar het achterland. Een natuurgebied met zeer aparte vegetatie en dieren. Grotten tot 250 m diep met prehistorische bewoning door Neanderthalers in het Neolithicum. Het park biedt een prachtige natuur dicht bij de grote toeristencentra aan de kust. Toeristen die hier bijna niet te vinden zijn!
De route van Villanueva de la Concepción tot Cuevas Bajs
Even later een ril waar het gebergte loodrecht omhoog gedrukt is en het hoge gedeelte begint.
Schollen loodrecht omhoog gedrukt
Op het hoogste gedeelte eerst een breed dal waar zelfs een Cortijo staat; Los Navazos. Elk beschikbaar stukje land tussen de rotsen is in cultuur gebracht. Dit in cultuur brengen is ook de grootste bedreiging van de wilde plantensoorten, zowel in Spanje als in de gehele wereld. Gelukkig is het park beschermd en ontdek tussen de rotsen een prachtige geel bloeiende bijenorchis die ik nog niet eerder ben tegengekomen. Op mijn verraste uitroep zegt Miguel de Spanjaard; och ja, een veldbloem.
☼ Gele Orchis of Ophrys Lutea
Prachtige wilde Orchis, opvallend door zijn felgele kleur. De plant wordt ca. 30 cm hoog en groeit in Mediterrane gebieden op kalkrijke grond. Bloeit van maart tot mei met opvallende bloemen. Een van de 30 soorten die in El Torcal voorkomen.
Het
dal vernauwt en wordt grilliger. Enkele dagwandelaars hebben de pas
weten te vinden en klauteren over de rotsen. Miguel wil zo ongeveer
op het koudste punt een stopje inlassen, waar ik niets in zie en maar
doorga.
Dal vernauwt
Steeds hoger wordt het rotsachtiger en smaller totdat recht vooruit ineens een doorblik in het dal in de verte wordt geboden.
Dal in de verte
Wat volgt is eén van de mooiste punten van deze Camino; de Puerto de la Escaleruela. Vanuit de oudheid is dit de poort door el Torcal richting Málaga, waar Vandalen, Romeinen, Visigoten, Sarracenen en de moderne Spanjaarden doortrokken. Sporen van Romeinse wegaanleg zijn nog aanwezig. Natuurlijk is alles gerestaureerd en een prima pad ontstaan met werkelijk prachtige uitzicht op de dalen met Antequera in de verte.
De boerderijen liggen verspreid, maar niet overdadig, in het groene golvende landschap. De weg voor morgen zal hier doorheen lopen en ziet er aanlokkelijk uit! Eigenlijk kijk je een paar dagtrajecten vooruit.
Puerto de la Escaleruela
Vanaf hier loopt de weg zigzaggend naar beneden waarbij binnen de kortste tijd ca 500 m hoogteverschil wordt overbrugd. Voor mensen met hoogtevrees: niet echt gevaarlijk, maar dat kan ik natuurlijk makkelijk zeggen. Zoals altijd geldt: één oog op de weg en één voor de omgeving! Beneden wordt het vrij vlak en is het gebergte ineens abrupt over. Nog een keertje omzien loont de moeite. Bovendien kan meteen het fleecejack uitgetrokken worden, want de temperatuur is beneden ineens behaaglijk geworden, wat een verschil.
Laatste blik op El Torcal
Op voor de laatste 5 km naar Antequera. Lekker lopen nu waarbij meteen een kudde geiten passeert. De kaasjes hiervan zijn een specialiteit. Ergens proef ik steeds de geur van een bok zodat ze voor mij liever blijven liggen. Altijd weer een feest zo’n kudde met herder en hond trappelend langs te zien komen. De weg bezaaid met dropjes achterlatend.
Steeds weer een verrassing
Antequera
ligt achter wat lage heuvels en is niet zichtbaar. Langs verspreid
liggende boerderijen komt het pad uit op een Carretera en via deze
asfaltwegen komt ineens de stad in zicht. Het ziet er veelbelovend
uit met dominante mooie burcht op de top erboven.
Aanloop naar Antequera
Het is het Alcazaba de belangrijke burcht van de Moorse overheersers van waaruit de omgeving strategisch beheerst werd. De fundamenten staan op Romeinse voorgangers, maar het is vooral gebouwd in de 12e tot 14e eeuw één van de grootste van Spanje. De toren is typisch Christelijk en in 1582 toegevoegd. Er direct bij ligt de oude Medina waar de Moriscos, voor zo lang het ging, toevlucht zochten tot hun uitwijzing (1609).
Alcazaba
Enige
jaren geleden zijn het kasteel en de muren gerestaureerd. Antequera
is een centrum plaats met ca 30.000 inwoners vol met kerken,
monumenten en zelfs Dolmen uit vervlogen tijden. Het heette in de
Romeinse tijd Antikaria wat bij de Moren Madinat Antaqira werd. In
1410 werd het door Infante Don Fernando ingenomen, waardoor het een
eeuw lang een belangrijk grensfort werd op de rand met het Emiraat
Granada. Hierna werd het fort minder belangrijk maar bloeide de stad
op door de vele kloosters met zijn onderwijs en cultuur. Bovendien is
de omgeving zeer vruchtbaar met altijd al export van olijfolie,
vooral naar Italië.
Antequera
30.000 inwoners
575 m hoogte
Bij binnenkomst meteen het mooie pleintje Plaza del Portichuelo met meerdere kerkjes onder de heldere zon.
Plaza del Portichuelo
Met La Capilla-Tribuna de la Virgen del Socorro
(Maagd van altijd durende bijstand)
Mooie stad met levendige straatjes die uitkomen in het centrum bij de toren van het Real Colegiata de San Sebastián, ernaast de kerk van Santa María la Mayor. Een pracht voorbeeld van één van de eerste in Platerescostijl gebouwde toren in 1540.
Real Colegiata de San Sebastián
Op een leuk pleintje liggen voldoende terrasjes in de zon waar eindelijk gezeten kan worden. Achter elkaar door was het een beste ruk onder sterk wisselende temperaturen. Het truitje kan nu zelfs uitgetrokken worden. Op het terras ook een Nederlands paar dat aan de kust een huis heeft en in het voorjaar het binnenland verkennen. Zomers is het daar te warm voor. Ze vragen of ik het Indianenhoofd al gezien heb? Nee, maar dat komt dan nog wel. Ze zijn wel verbaasd over de rugzak. Een wat zwerverig uitziende Italiaan groet vriendelijk en ik terug. Ze constateren dat ik er toch niet zo uit zie als deze man. Kennelijk komen ze uit een ander soort wereld.
Lekker opgewarmd wordt aangestoken bij de druk bezochte toeristen informatie. Ze hebben een foldertje met de overnachtingpunten van de Camino. Daarbij blijkt dat in het volgende stadje Cartaojal geen slaapplaatsen zijn. Maar de routebeschrijving geeft een Albuerge Rural aan dus maar proberen. Door gebruik nogal getekende maar handige foldertje volgt hierna:
De route de stad uit loopt langs het opvallende Santiagokerkje aan het gelijknamige plein. Hier is ook een Albuerge maar voor vandaag nog te vroeg.
Iglesia de Santiago
Naar beneden de stad uit wordt aan de linkerzijde de bekende Dólmen gemist. Deze necropolis met zijn stenen van 5000 jaar gelden had ik wel willen zien, maar voor ligt de vlakte van Antequera. Een soort vloedland, erg vruchtbaar vol met kwekerijen en mooi groen.
Terugkijkend op Antequera
Inmiddels is dit Tramo 5 het stuk naar Cartaojal, wat gezien de dagafstand goed uitkomt.
Tramo 5
Antequera – Cartoajal 11,6 km
Hoogte profiel
Al gauw wordt het oog getroffen door een opvallende berg dat boven de vlakte uitstulpt. Het is het Indianenhoofd waarvan de gelijkenis treffend is.
Peña de los Enamorados of Montaña del Indio
Het is een kalkstenen berg van 880 m hoog dat in de vlakte 500 m boven maaiveld uitsteekt en van alle kanten het landschap bepaald. De berg is omgeven met geheimzinnigheid, waarbij de naam duidt op een onmogelijke liefdesgeschiedenis tijdens de herverovering van dit gebied in begin 1400 op de Moren.
De Moorse prinses Tazgona was verliefd geworden op de gevangen Christelijke ridder Tello. Achtervolgd door soldaten van haar vader vluchtten beiden de berg op en verborgen zich 2 dagen in een grot. Ze lieten zich niet pakken en stortten zich naar beneden om eeuwig verenigd te blijven. Sinds die tijd heet de berg Peña de los Enamorados ofwel Berg der Geliefden.
Zelfs Columbus kende dit verhaal en vergeleek bergen in Cuba tijdens zijn ontdekkingsreizen met deze rots. De naam Indianenrots is natuurlijk van latere datum.
Door de Vega loopt het lekker makkelijk waarbij onder verschillende autosnelwegen doorgestoken wordt en over de rivier de Guadalhorce.
De Guadalhorce
De rivier ziet er niet bepaald spectaculair uit maar is de belangrijkste van de Provincie Málaga. De waterloopjes hebben allemaal een naam die begint met “Gua” wat afstamt van het Arabische “Wadi” en ook wel lijkt op Agua (water).
De weg loopt door de vlaktes met aan alle kanten bouwland tot in de verte heuvels opduiken waar het volgende plaatsje moet liggen.
Vega van Antequera
Het is vlak land, uitgestorven met toch wel een paar lange saaie stukken. De opvallende dingen zijn de bloemen langs de route.
Detail van dezelfde bloem in Frankrijk genomen
☼ Kuifhyacint of Muskari Comosum
Is een bolgewas uit de Aspergefamilie. De plant wordt 10 – 50 cm hoog en bloeit van april tot juli. De bloesems vormen cilindrische losse trossen. De onderste bloemen zijn vruchtbaar terwijl de bovenste helder paars/blauw er als een kuif opstaan. Komt vooral voor in zuidelijke streken. Als kruid goed voor de darmen en een geschikt Afrodisiacum. De bollen zijn voedzaam en aangenaam bitter/zoet, maar lastig klaar te maken door de taaie melksappen.
Cartaojal ligt tegen de kalkheuvels op verblindend wit te blinken in de zon als eind van de middag binnen gestapt wordt.
Cartaojal
Het Restaurant Casa Caro heeft prima voorzieningen, alleen.. overnachten kan niet. De Hogar voor ouderen in het multifunctionele huis kan eventueel gebruikt worden. Dit lokt gezien de staat ervan niet aan. Buiten de stad en volgens de routebeschrijving ligt Albuerge Rural el Asador nog wel een eind weg. Gelukkig is een bezoeker met een Quad bereid mij er heen te brengen. Met rugzak op gaat het in vliegende vaart onder luid geronk er naar toe. De tocht zorgt voor hachelijke momenten, waarbij de hoofddoek halverwege afwaait en weer opgepikt. Voor de poort wordt afgeladen en verdwijnt hij spoorslags.
Hachelijk avontuur met Quad
Aan de gesloten poort wordt flink gerammeld totdat een oude vrouw opduikt die buitengewoon onaardig begint te schelden dat alles gesloten is en ik moet opkrassen.
Er zit niets anders op dan maar weer kilometers terug te lopen naar het Restaurant en uiteindelijk de spullen in de Hogar te zetten. De volgende plaats is 12,5 km verder en dat zit er niet meer in.
De wel aardige waard zegt dat eventueel in de sporthal gedoucht kan worden een kilometer verderop. Gezien de eerdere ervaringen bedank ik hiervoor. In het gemeenschapshuis zijn toiletten en een wasbak. Voor een avond moet het maar zo.
Bandera Cartaojal
1200 inwoners
500 m hoogte
Op
de gammele bankjes met uitstekende planken moet geslapen worden,
nadat de dorpsbewoners uitvergaderd zijn. De tussenliggende tijd
wordt zoet gebracht in de Bar/Resto waar overigens prima wordt
gegeten. Het aardige is dat tegen negen uur de Alcalda
(Burgemeesteres) verschijnt die aanbiedt mij naar de volgende plaats
te brengen. Dat ik het afsla zal geweten worden!
Na tienen het Hogar in en proberen te slapen. Op de bankjes is amper een goede ligplaats te vinden. Bovendien kan het licht niet uit (knoppen onvindbaar). Een tl buis knippert steeds en buiten dat geeft het een irritant tikje van steeds aan springen. Uiteindelijk worden de bankjes versleept naar het uiterste einde en geprobeerd de nacht door te komen na 72,5 km!
Doorwaakte nacht op deze bankjes!