26 April, Cartaojal – Cuevas Bajas, 22,5 km

De kriebelige vliegen maken slapen helemaal onmogelijk zodat na een verschrikkelijke nacht vlot op pad gegaan wordt. De Bar is open zodat wel met koffie gestart kan worden. Het is zaterdagmorgen dus zo vanzelfsprekend is dat ook nog niet. Ik verzoek de waard de Alcalda extra te bedanken voor haar aardige aanbod!

Voor zonsopgang op weg

De zon moet nog opkomen als dezelfde weg van gisteren genomen wordt naar Algaidas. Het is een kaarsrechte rustige asfaltweg door eindeloze olijvenplantages.

Tramo 6

Cartajoal – Villanueva de Algaidas 12,5 km


Hoogteprofiel


Deze weg wordt een flink aantal kilometers gevolgd, waarbij overal in de heuvels het gebrom is te horen van zware John Deere tractoren.


Rechte wegen door de Olijvenplantages


Het is dan wel zaterdag maar dit gaat gewoon door. De aarde tussen de bomen wordt keurig onkruidvrij gehouden. Tussen de olijfbomen is van deze zijde nog steeds de slapende reus in de verte te zien.


De slapende reus van de andere zijde


Het indringende geluid van tractoren wordt steeds duidelijker terwijl op sommige plaatsen een soort chemische mist hangt. Ineens komt een combinatie tevoorschijn, met erachter een grote rijdende bak waaruit een overweldigende hoeveelheid bestrijdingsmiddelen over de bomen wordt gesproeid.


Overweldigende hoeveelheid bestrijdingsmiddelen

Verschrikkelijk, de bomen bloeien nog niet eens. Hier kan geen insect overleven. Bij de kwaliteit van de olijven en dus de olie kan toch wel een vraagteken worden gezet. Restanten moeten terug te vinden zijn en dat zal voor geen levend wezen goed zijn.

De bordjes wijzen nu vanaf de asfaltweg de boomgaard in. Over de paden klimt het behoorlijk een berg op met aan de andere zijde vrij uitzicht het volgende dal in.

Volgende dal

Het weer is t.o.v. gisteren ingrijpend veranderd met onbewolkte hemel bij een lekker temperatuurtje om te klimmen en lopen. Een boom heeft nog wat achtergebleven olijven die nu diep zwart zijn. De meeste worden geoogst in de herfst als ze nog groen zijn. In december worden ze paars en daarna zwart. Alle varianten zijn verkrijgbaar na eerst maanden uitgeloogd te zijn. Vers zijn ze bitter en absoluut onverteerbaar. In eerdere routes is een beschrijving van dit proces te vinden (Camino de Levante, 31 augustus).

Enkele zwarte olijven

De route loopt nu kilometers door eindeloze plantages licht golvend over verlaten wegen. Onder de olijven ruwe rode rotsachtige aarde zo nu en dan doorsneden door diep uitgesleten stroompjes. Nu bijna droog, maar bij werkelijke hoosbuien in de winter modderstromen. Hou er maar rekening dat in de winter lopen dit soort bijverschijnselen heeft en het trekken moeilijk kan maken!

Verlaten wegen

Villanueva de Algaidas is een levendig plaatsje van zo’n 4000 inwoners met leuke winkelstraatjes en bekend om zijn pastelerías. Dat komt goed uit omdat op de hoek van de Calle Granada een bakkerijtje zit met een prachtig terrasje in de zon. De Café con Leche met heerlijk gebak kost ongelooflijk weinig, zodat nog maar eens koffie wordt gehaald.

Een sportief toch al wat ouder echtpaar arriveert op volbepakte dure en niet te verwisselen Nederlandse fietsen. Ze zijn net gestart in Sevilla en willen richting Barcelona. De vrouw heeft moeite met de gemene hellingen maar de zon vergoedt veel. Bovendien doen ze niet teveel kilometers per dag. Dit soort fietsers blijken steeds weer Nederlanders te zijn. We zijn een ondernemend volkje!

Algaidas

4200 inwoners

535 m hoogte

Het stadje uit door de Calle Granada klinkt het ineens “hola”, omhoog kijkend staat Miguel, de Spaanse Pelgrim van enige dagen geleden, op het balkon van de Gemeentelijke Herberg. Hoe heeft hij dit voor elkaar gekregen? De conclusie is met de bus, anders kan niet. We groeten vriendelijk maar ik ga door het is net in de middag en wil verder.

In de verte ligt La Atalaya aan de andere zijde van een diepe slenk die eerst doorgestoken moet worden.

La Atalaya


Tramo 7

Villanueva de Algaidas – Cuevas Bajas 10 km


Hoogteprofiel


Het pad slingert wat vreemd naar beneden. Hele stukken zijn gebruikt als vuilstort wat nog te zien is aan rondzwervende troep. Toch wordt moeite gedaan om dit mooie stukje natuur te herstellen, waarbij het pad uitkomt bij de brug over de Arroyo de las Huertas (stroompje van de groentetuinen!).

Herstelde natuur


Brug over de Arroyo de las Huertas


De andere zijde van de slenk kronkelt steil omhoog met een keur aan veldbloemen waaronder de blauwe guichelheil. Alleen het woord al!


Door de slenk



Guichelheil 
of Anagallis arvensis, blauw ofwel subsp foemina

Behoort tot de familie der sleutelbloemen. Het is een eenjarige plant die het liefst groeit op kalkhoudende akkers en langs paden. Het heeft een opvallend klein bloemetje blauw of oranjerood met 5 bloemblaadjes. Bloeit van mei tot oktober. Afkomstig uit het Middellandse zee gebied. Heet in Engeland Scarlet Pimpernel. De vreemde naam komt van “gekte genezing”. De plant was een gewaardeerd geneeskruid, gebruikt tegen zenuwziekten maar ook als urinedrijvend, nierontsteking, geelzucht en leverkwalen. Licht giftig! Het woord is bekend sinds het Dictee der Nederlanden uit 1998! Het oranje exemplaar (subsp arvensis) is vorig jaar gefotografeerd op de Via Podiensis in Frankrijk!

 

In het buurtschapje Atalaya klimt het al behoorlijk. Een alternatief Engels paar voor een piepklein huisje is hout aan het hakken. Overal kom je ze tegen, het is hier prettig, goedkoop en warm! Het bergje dat meteen volgt mag er wezen. Voetje voor voetje omhoog schuifelen en het is nog goed warm ook. Bij een ruïne van een boerderij is het even wat vlakker met meteen hierna het laatste stukje naar de top.


Ruïne van een boerderij


Alleen maar olijvenbomen zover als te zien is. Bossen zijn afwezig, elk stukje berg is in cultuur gebracht. Onder deze barre omstandigheden is het een pracht teelt op een bodem waar niet veel anders zou groeien.

Op de top

Over de top is een behoorlijk stuk van Andalucía te zien met zijn eindeloze plantages. Dit zal de komende tijd aanhouden. Toch is het niet vervelend door de kleinschaligheid van het landschap met steeds weer andere doorkijkjes en bovendien het heerlijke weer met een temperatuur van achter in de twintig graden.

Bergaf

Naar Cuevas Bajas is 400 m hoogteverschil maar lekker dalen. Beneden is het dal al te zien waar de stad ligt met de Cierra Norte de Málaga erachter.

Boven de Aldea de Cedrón (Aldea = dorpje) ligt de Mirador de Cedrón of El Mirador del Cerro de la Cruz met werkelijk prachtige vergezichten op 4 provincies: Málaga, Sevilla, Cordoba en Granada. In de verte liggen stadjes die morgen doorgestoken moeten worden.


Mirador del Cerro de la Cruz 768 m hoog kijkt uit over 4 Provincies!


Aldea de Cedrón is een opmerkelijk middeleeuws dorpje opgericht door Joden die hier tot het laatste moment een vluchthaven vonden tegen de Inquisitie eind 1500. De originele huizen staan er nog. De gezamenlijke bakoven is nog in goede staat en zo te gebruiken.


Middeleeuwse Joodse bakkerij


Het dorpje is prachtig gerestaureerd en opmerkelijk oorspronkelijk. De steil aflopende bermen bij de tuinen zijn bedekt met roze tapijten door de bloemen van een fel bloeiende vetplant. Bij ons bekend onder de onwaarschijnlijke naam; Hottentotvijg!


Hottentotvijg, of Carpobrotus edulis behoort tot de ijskruidfamilie (aizoaceae)

Zoals zijn naam aangeeft door onze voorouders vanaf de Zuid-Afrikaanse Kaap ingevoerd in Europa en dus een echte exoot. Kruipplant dat kussens vormt op de bodem en alles bedekt. De 3 hoekige vlezige sappige bladeren, die succulent worden genoemd, maken het vast houden van water mogelijk in droge streken. De vruchten zijn eetbaar en de bladeren horen bij de overlevingsstrategie in woestijnen door zijn water. De plant is anti septisch en heeft een helende werking tegen allerlei ontstekingen en wonden. Inwendig tegen maagklachten en diarree. Groeit vooral in kuststreken langs stranden zoals in Portugal en Frankrijk. Is daarom in België op de zwarte lijst gezet omdat ze een gevaar kunnen vormen voor de eigen flora.

 


Een kilometer verder ligt de Moorse tegenhanger van El Cedrón; La Moheda. Ook dit dorpje diende als één van de laatste schuilplaatsen nu voor de Moren in 1609, tot de Jezuïeten beide dorpjes overnamen en de gronden herverdeelden.


La Moheda de Moorse tegenhanger

 

Bij Cuevas Bajas komt het landweggetje uit op de Carretera en loop je het centrum in. Bij de welkome Bar Tejero hebben ze een sleutel van de Refugio een pleintje verderop achter de kerk van San Juan Bautista.


Refugio verderop rechts is prima!

 

Een ijzeren wet wordt hier bevestigd; na een slechte nacht volgt een goede! De Refugio is echt perfect ingericht. Schoon, helder, prima bedden en douches.


Rijk alleen

 

Na het douchen en de wasjes is het op zaterdagavond lekker zitten op het pleintje bij Bar Tejero. De Bazin gaf wel aan niets te maken te hebben met gelijknamige Overste die jaren geleden de Putsch leidde in het Spaanse parlement.


Cuevas Bajas

ca. 1500 inwoners

310 m hoogte


Lekker eten op de drukke zaterdagavond buiten bij het dorpsrestaurant Tony en makkelijke contacten met de bewoners maken de zwoele avond extra leuk. De avond wordt opgeluisterd met vrolijke Flamengo muziek, waardoor het nog knap laat wordt. Met een eigen sleutel is dat geen probleem. Vandaag 22,5 km met behoorlijke stijgingen waar de hele dag voor nodig was. De route is prachtig maar nogal pittig zodat dit soort dagafstanden meer dan genoeg is.


Cuevas Bajas, Calle la Reja met la Casa del Pósito (graanbeurs)


Met sleutel terug naar het privédomein, waar het deze nacht heerlijk en onbekommerd slapen is na 95 km!

 

tab