10 September, Herías – Mieres del Camin 25 km
Juan is al vroeg aan het rondscharrelen. Komt goed uit omdat hij meteen de koffie zet. Buiten ziet het wat betrokken uit wat weinig zegt want de dag wordt verder prima. Nog één foto van het uitzicht wordt genomen, waarna het mechaniek van de lens vastloopt. Meteen de laatste dus.
Vanaf nu foto’s van Hejo
Als
we langs het huis van Sandra komen om de sleutel weg te leggen staat
ze met kinderen klaar om ze naar school te brengen. We mogen mee
rijden en wil ons zelfs naar Campomanes brengen, maar Herías
waar we gisteren opgehaald zijn is okay. We nemen afscheid en hopen
dat ze het op deze zo mooie, maar eenzame, plaats redt!
Tussenetappe
Herías – Mieres 25 km
Het stukje naar Campomanes loopt over een bospaadje strak naar beneden. We springen van steen naar steen en nemen de tijd. Beneden schemert het brede dal door de struiken wat aangeeft dat de omgeving gaat veranderen.
Laatste echte helling naar beneden
Campomanes heeft maar 700 inwoners, maar doet een beetje stads aan. Een mooie Bar voor de koffie is gauw gevonden. Een laatste poging om nieuwe batterijen op de kop te tikken voor de Camera haalt niets uit. Het ligt in een breed dal waar de Río Huerna en Pajares in elkaar vloeien. Bovendien een belangrijk knooppunt van wegen en spoor.
Campomanes Laatste maal Río Pajares
Langs het station gaat het over een mooi asfaltfietspad langs de Río. Wandelaars en fietsers komen voorbij en groeten, als altijd in Spanje, vriendelijk.
Fietspad langs de Río
Even verderop de aankondiging van de Iglesia de Santa Cristina de Lena. Het gebouwtje gaat terug in de ontstaansgeschiedenis van Asturias dus klimmen we het steile paadje de heuvel op.
Naar het Heiligdom
Het blijkt een prachtig bewaard gebouwtje uit de begintijd van Asturias met de opvallende symmetrie eigen aan de Pre-Romaanse bouwkunst. Asturias was ingesloten door het Moorse Rijk en ontwikkelde een eigen stijl met strakke, slanke en hoge lijnen. In plaats van houten constructies slaagde men erin stenen tongewelven te bouwen.
Santa Cristina de Lena
In dezelfde tijd werden de grotere Santa María de Naranco en San Miguel de Lillo in Oviedo gebouwd. Waarschijnlijk door dezelfde ploeg die konden oefenen met de nieuwe stijlen. Het is 848 waarbij Koning Ramiro I net in 844 de Moren verslagen heeft bij de slag van Clavijo. Toen het kritiek begon te worden, verscheen Santiago als Matamoros waardoor het Christelijke Rijk in stand bleef.
Ingang met detailopnames
Het kerkje is gebouwd op oudere Visigotische funderingen uit de 7e eeuw.
Als we de kerk aan alle kanten bekijken hebben we geluk; er arriveert een vrouw met hond, die de kerk opent. We kunnen voor 1 Euro (Pelgrimsprijs) de binnenzijde bekijken.
Wat een prachtige ervaring. De eeuwen kijken op je neer terwijl het heel intiem is.
Vreemd zien de 3 bogen voor het Koor eruit. De Koning had hier een vakantiebuiten en moest in de kerk natuurlijk afgesloten zitten van het “gemene” volk.
Visigotische Koninklijke bogen
De bogen zijn waarschijnlijk hergebruikt uit de eerdere kerk. Zo ook de Visigotische grafplaten uit 643.
Visigotische grafplaten uit 643
Al met al indrukwekkend en terecht toegevoegd aan de Unescolijst (World Heritage).
De andere kant de heuvel af zitten we weer op het pad naar Lena. De rivier is inmiddels groter geworden en heet nu Río Lena.
Río Lena naar 2 zijden
Het laatste stukje is nog gauw afgelegd. Pola de Lena heeft wat meer stedelijke uitstraling met bijbehorende terrasjes.
Gemeentehuis Wapen Pola de lena
12.000 inwoners
Hoogte 320 m
Het volgende dorp is 4 km lopen aan de andere zijde van de rivier. Net voor een tankstation wordt afgeslagen bij een rommelig industrieterrein.
Villalana
Het dal met zijn berghellingen blijft mooi en het dorpje Villana heeft een leuk pleintje met oude kerk.
Kerkje
San Martino Langs de Carretera
Tot
Ujo moet nu minder leuk langs een gelukkig rustige Carretera gelopen
worden. De laatste 7 km gaan langs een fietsroute die langs de Río
Caudal gelegd is, zoals die nu heet.
☼ Kleine bergsteentijm of Calamintha nepeta, lipbloemenfamilie, Lamiaceae
Vaste plant, hoogte ca. 40 cm die op kalkbodems langs de route veel voorkomt. Het is een kruid dat tussen tijm en munt inzit en sterk naar pepermunt ruikt. Bloeit onooglijk uitbundig in zacht roze of blauw van juni tot oktober, waarbij de bloemetjes graag bezocht worden door vele insecten. Het wordt gebruikt als keukenkruid voor vlees- en visgerechten, marinades en salades. Geneeskrachtig bij spierpijn en zweetdrijvend, tegen maagpijnen, depressies, slapeloosheid en menstruatiepijnen (niet voor zwangere vrouwen; werkt afdrijvend!). Deze muntsoorten hebben vele natuurlijke hybriden zodat sommigen er ook de Calamintha sylvestris in kunnen zien.
Vanaf Ujo een fietspad langs de Caudal
De kilometers stappen snel weg terwijl de voorstadjes minder mooi en industrieel in de zijdalletjes gefrommeld zijn. Het pad wordt steeds drukker met wandelaars en trimmers. Een steen geeft aan dat we op de Vía de la Plata zitten en rechtsaf een brug over de rivier moeten. Daar hebben wij toch een wat andere voorstelling van.
Vía de la Plata?
Mieres is een behoorlijke stad die in de volle lengte doorgelopen moet worden tot La Peña, waar de Albergue zit.
Mieres del Camino
42.000 inwoners
Hoogte 206 m
We
zitten midden in de kolenpot. Mieres is één van de
belangrijkste mijnstreken van Asturias met een hoogtepunt in begin
vorige eeuw. In 1960 waren er 71.000 inwoners die werkten in de
mijnen en staalfabrieken. Het is een triest gebied met veel
leegstaande huizen en de toekomst belooft niet veel goeds.
Juan de Spanjaard van gisteren is er al en laat ons binnen. We installeren ons en zoeken een Bar. Terug naar het centrum is wel 3 km vol met minder leuke industrie, zoals een reusachtige kolenwasserij. Een 500 m verderop langs de route voor morgen vinden we het leuke cafeetje waar ook gegeten kan worden.
Aan de Cidra
Omdat we in Asturias zitten, moeten we beslist de Sidra proberen. Normaal wordt die met een boog ingeschonken om de geest eruit te laten komen. De fles wordt geserveerd in een schenktoestelletje met hetzelfde maar makkelijker eindresultaat. We genieten er lekker van terwijl de kastelein vertelt, dat zijn dochter in Nederland werkt. Plaatselijke Spanjaarden scharrelen rond het Café en verlevendigen de boel. De kolenmijnen lopen op het eind, vertelt een aardige veertiger. Ondanks alle vervoerskosten is het goedkoper schepen vol uit Chili te laten komen. Hij vreest voor zijn baan. Een wat vreemdsoortige drukke Venezolaanse is nog binnengekomen en scharrelt rond in de slaapruimte. Bedden worden verbouwd, maar we trekken ons er niets van aan en slapen na 109 km!