7 Juni, Pola de Siero – Oviedo 17,7 km
Andreas en ik zijn de enigen in de Refugio zodat rustig vertrokken kan worden. De sleutel wordt in de brievenbus gegooid en de poort dichtgetrokken. Een open Café is niet te vinden zodat we gewoon op pad gaan. De Camino wordt overvloedig met gele pijlen en bijpassende uitnodigingen aangegeven.
Pijlen genoeg!
Langs het bergruggetje wordt richting de viaduct over de autosnelweg gelopen. In de verte is de agglomeratie van Oviedo al te zien.
Vega de Sariego – Oviedo van rechts naar links
Over de viaduct autopista
De stier van Osborne is ook hier weer overheersend aanwezig. Borden van 14 m hoog en als enige toegestaan in geheel Spanje, omdat men ze na de introductie in de jaren ’50 als cultureel erfgoed is gaan beschouwen. Een marketing droom!
Toro de Osborne
Even verderop komt een huisvrouw aangelopen; op klompen! Is Nederland met zijn klompjes toch niet zo uniek?, want ze worden in Asturia nog volop gedragen.
Huisvrouw op de klompen.
Afwijkend is dat onder de zolen een soort nokjes zitten waardoor meer grip verkregen wordt in de spekgladde klei op het land.
El Berrón is een groter dorp met Café zodat eerst maar eens ontbeten wordt. Dat komt wel goed uit omdat het gaat regenen wat nog wel een uurtje aanhoudt. Als we vertrekken wordt de parka aangehesen, een onmisbaar kledingstuk op deze route.
Parka regelmatig nodig
Andreas de Zwitser is een onderhoudende metgezel. Hij vertelt een boerderijtje te hebben waar hij zelfs nog zijn eigen kaas maakt, terwijl zijn vrouw arts is. Het Schwiizertüütsch vergt wel extra oppassen om alles mee te krijgen. Hij is gisteren fout gelopen want eigenlijk wil hij naar Gijón en langs de kust verder. In Oviedo pakt hij een stukje de bus, als de staking tenminste voorbij is.
In de bermen valt genoeg te genieten van wilde bloemen die op deze kleiachtige bodem wel willen groeien. De gevlekte aronskelk komt ook bij ons in de Achterhoek veel voor en valt vooral op in de zomer als de bloem opgevolgd wordt door een fel rode kolfachtige bessenstam. Deze bessen zijn behoorlijk giftig en werden in heksenriten gebruikt!
Gevlekte Aronskelk De bessen zijn zeer giftig!
☼Gevlekte Aronskelk of Arum Maculatum
Overblijvende kruidachtige plant met groenachtige, soms gevlekte onopvallende bloemen, maar door zijn ingroene grote bladeren opvallend in het nog kale voorjaarsbos. Verspreidt rottingsluchtjes waar insecten op af komen. Bloeit van april tot mei, waarna de bessen in een kolfvorm op de bloemstengel ontstaan. De bessen zijn stralend rood en giftig. Vogels eten ze en kunnen hiertegen. De bessen worden gebruikt in Heksenriten en een zigeunergif.
Een welkome onderbreking is een Paleis aan de rechterzijde, nu in gebruik als exclusieve plek voor huwelijken. Het zonnetje is doorgebroken zodat de wereld er een stuk vrolijker uitziet. Door de poort lopen we naar de kapel en kijken wat rond op dit privébezit, waar door de eigenaar geen enkel bezwaar tegen gemaakt wordt.
Paleis van de zee voor Granda
Bij het kerkje van San Pedro de Granda is na een paar kilometer een mooi moment voor een kleine pauze.
San Pedro de Granda met Andreas
Dwars door een rommelig zigeunerkamp gaat het naar de Romeinse brug bij Colloto. Toch maar geen foto maken van de opmerkelijke verzameling, hoewel de buitenzittende Gitanes vriendelijk groeten.
Romeinse brug Colloto
Over de brug zitten we lekker in het zonnetje op het eerste terrasje met aanspreekbare dorpsbewoners. Vanaf hier is het nog 4 km langs de Carretera door de bebouwing en dwars over gevaarlijke rotondes naar het centrum van Oviedo waar Middeleeuwse muren het oude centrum aangeven.
☼ Oviedo
De oude stad wordt in 794 als residentie voor het Hof gekozen door Alfredo II, de Kuise, nadat de veilige bergen van Cangas de Onis verlaten konden worden. Op de plaats van de door Moren verwoeste kerk wordt een basiliek gebouwd. De latere Catedral wordt hier overheen gebouwd. Daarnaast vele paleizen, kerken, kloosters, Koninklijk Pantheon , aquaduct en muren. De Asturianen waren van oudsher onverschrokken krijgers, zodat behalve de Moren ook de Vikingen steeds verslagen werden. In 931 wordt de zetel verplaatst naar León. In 1388 wordt Asturia een afzonderlijk vorstendom, waarbij de kroonprins van Spanje tot op heden de titel “Prins van Asturië” verkreeg. Oviedo kende hierdoor vele voorrechten terwijl de inquisitie nooit macht had. In de 19e eeuw werd de omgeving door de mijnbouw steeds welvarender. Gedolven werd; ijzererts, kolen, tin, zilver, kwikzilver, goud enz. In de burgeroorlog in 1936 is zwaar gevochten met veel schade aan de monumenten. Oviedo heeft ca. 220.000 inwoners.
Middeleeuwse Muren
Omhoog gaat het langs het Monasteria San Pelayo, gesticht in begin 800 door Alfonso II, de kuise, onder de naam San Juan Bautista (Johannes de Doper). Het is het enige Benedictijner klooster dat al die tijd ononderbroken in gebruik is. De relieken van San Pelayo liggen hier vanaf 994. Dit is niet de stichter van Asturia (Don Pelayo in 722) maar een gevangen genomen kind tijdens het Kalifaat van Abderrahman III. Het kind sterft als martelaar op 13 jarige leeftijd, waarna het klooster hierna vernoemd is.
Monasterio de San Pelayo
Langs schilderachtige pleintjes gaat het de stad in. Wat opvalt in Spaanse steden zijn de prachtig vlakke natuursteenplaten in het wegdek.
Uiteindelijk is de torenspits van de Catedral onze richtingaanwijzer en staan we op het
grote plein ervoor.
Catedral de San Salvador met
in brons “La Regenta” ervoor
Aan dit imponerende Gotische bouwwerk is men in de 13e eeuw begonnen, waarbij de oude basiliek en eerdere delen in het gebouw werden opgenomen. Restanten hiervan (tot uit de verre oudheid) zijn overal in het gebouw terug te vinden. De kerk had 2 identieke torens moeten hebben, maar aan de 2e is men nooit toegekomen. De oorsprong ligt in het begin van Asturia in begin 700, toen het machtscentrum van de Koningen en het Episcopaat hier gevestigd was.
Cripta de Santa Leocadia
Met Heilige Kamer
Het was onder Alfonso II, de Kuise, dat Compostela ontdekt werd (812), waar na een bezoek van hem (829) een kerk gebouwd werd om de Relieken te beschermen. Het Pelgrimeren begint.
De San Salvador Catedral gaat echt terug naar het begin van het moderne Spanje. In de Heilige kamer van Oviedo (Cámara Santa) liggen in de oorspronkelijk Paleiskapel de belangrijkste schatten. Hoewel verscheidene malen vernietigd door Moren en een explosie in 1934 zijn er te vinden:
Heilige Ark (Arca Santa) met Relieken van Jesus en Maria, meegenomen uit Toledo na de Moorse overheersing in 711
Lijkwade van Oviedo (Santo Sudario). Net als in Turijn uit ca begin 7e eeuw
Victoria Kruis (Cruz de la Victoria) uit 908. Het belangrijkste symbool van het Prinsdom in de vlag terug te vinden van Asturia. Dit kruis is gedragen door Don Pelayo bij de slag in Cavadonga van 722 tegen de Moren.
Engelen Kruis (Cruz de los Ángeles) uit 808, geschonken bij de inwijding van de kerk door Alfonso II, de Kuise
Ark van de Agaten (Arca de las Ágatas) uit 910, met Relieken
En of dit alles niet genoeg is nog talloze oude kunstschatten, Romaanse sculpturen, doornen van de kroon en splinters van het kruis van Christus enz....
Deze kruisen kom je tegen in de verschillende wapens van steden en gouwen.
Om dit allemaal te bekijken heb je een dag extra nodig! Wij lopen door tot een klein pleintje met een vol terras ontdekt wordt van Bar Campo, waar rap een plaatsje in de toch wel hete zon gezocht wordt. Het is goed 13:00 uur en de Cañas smaken perfect.
Andreas zoekt na een uurtje de bus op naar Gijón. Hij heeft mijn gegevens genoteerd. En waarachtig, eenmaal thuis kwam een groene brief met een half adres en daarin keurig de 50 Euro! De mensheid is nog niet zo slecht en een beetje vertrouwen kan geen kwaad (hij noemt mij Herbert!).
De Refugio wordt opgezocht. Deze is niet zover weg maar gaat pas om 17:00 uur open. De rugzak wil ik niet al die tijd meeslepen zodat deze achter in een schuurtje in de tuin neergezet wordt. Een paar Franse Pelgrimas durfden dit niet. Ter geruststelling; de zak bleef onberoerd.
Oviedo wordt nader bekeken. Leuke maar verlaten straatjes zo in de middag afgewisseld met aardige pleintjes.
San Isidro el Real op de Plaza Mayor
Om 17:00 uur is het een drukte van belang bij de Refugio. Een grote groep fietsers met begeleiders neemt de ingang in beslag. Op tijd wordt een keurig stapelbed gekregen met zelfs een sleutel om na 21:00 uur binnen te kunnen komen. Het is goed merkbaar dat veel pelgrims hier starten want het is onverwacht druk met 20 pelgrims.
Wachten tot de Refugio open gaat
Het centrum in om een leuk Menuutje in de Auto Bar op de kop te tikken wat lukt met wijn en aardige gesprekken. Altijd even vragen waar dit goed en niet duur mogelijk is! Met donker terug de volle kamer opgezocht en het bed in na 44,7 km op pad te zijn. Morgen de echte Primitivo!